Sommige mensen kennen mijn vriend. Hij is bijna doorzichtig.
Ik weet niet of ik het ben die door hem heen kijkt, maar ik weet wel dat ik hier ben en hij daar.
Geregeld maakt hij me attent op dingen. Dat is fantastisch.
Zo kan ik woeste wateren vermijden. Ik hoef niet zo nodig kopje onder. Het beste is je over te geven aan de golven.
Abtauchen.
Toen ik een aantal weken geleden mijn profielfoto op Facebook veranderde in een foto van mij met een axolotl ernaast, zullen vermoed ik velen de axolotl niet opgemerkt hebben.
Immers, niemand zei: ‘hee, wat is dat’? of, ‘hola, daar – een diertje’!
Dat was volstrekt prima.
Wat ook prima was, was dat het geen photoshop-bewerking was of wat dan ook, de foto. Ik sta naast een aquarium, de axolotl bevindt zich in het water, aan de andere kant van het glas. Dat is wat je ziet, dat is het beeld.
De axolotl zit werkelijk bij mijn hoofd, hij is er niet in geknutseld.
En zo voelt het ook.
In het licht van het verhaal ‘De vrouw met de rode boodschappenkar’ dat ik schreef tijdens mijn verblijf in het Besiendershuis in Nijmegen, geef ik hier graag als verwijzing een citaat. Het is afkomstig uit het verhaal Axolotl van Julio Cortázar, een belangrijke inspiratiebron: “Juist die rust was het, die me al de eerste keer dat ik de axolotls zag, fascineerde en en ertoe bracht me zo lang over hen heen te buigen. Het leek me of ik op onverklaarbare wijze hun geheime wil begreep: ruimte en tijd met onverschillige onbeweeglijkheid wegdenken.”
Tekst: Ilona Verhoeven